Steeds meer jonge gezinnen ontdekken het plezier van een volkstuin. Dat merken meerdere tuincomplexen in en rond Haarlem. Toch blijft het geduld oefenen voor wie op zoek is naar een moestuin: de wachtlijsten zijn lang, al komt er op sommige plekken langzaam wat beweging in.
Bij tuinvereniging Poelpoldervreugde in Haarlem, met 162 tuinen, is de belangstelling zo groot dat er inmiddels met twee wachtlijsten wordt gewerkt. “We willen mensen geen valse hoop geven door ze jarenlang contributie te laten betalen terwijl ze toch niet aan de beurt komen”, zegt voorzitter Loulou Cevat. Ze merkt dat het publiek verandert. “Je ziet steeds vaker ouders met kleine kinderen. Zij willen de kinderen leren dat appeltjes niet bij de supermarkt groeien, maar aan de bomen.”
Volgens Cevat is het verloop klein en reageren sommige kandidaten jarenlang nergens op. “Sommige mensen hoor ik al drie jaar niet. Dan houden ze wel een plek bezet.”
Kleinere tuinen voor nieuwe leden
Ook bij volkstuinvereniging Wie Zaait Zal Oogsten (WZZO) in Haarlem-Noord is de interesse onverminderd groot. Toch is de wachtlijst de afgelopen twee jaar gekrompen van 80 naar 55 mensen. Voorzitter Nicole Weijenberg noemt dat het resultaat van bewuster beleid en het actief aanspreken van leden die hun tuin niet meer kunnen bijhouden. “We splitsen nu vaker grote tuinen zodat ze beter te behappen zijn. Dat helpt ook nieuwe, jongere leden om te beginnen.”
Ook bij WZZO melden zich steeds meer jonge gezinnen. “Mensen die geen tuin hebben in de stad en dat wel graag zouden willen”, licht ze toe. De aantrekkingskracht van de volkstuin blijft volgens haar groot. “Mensen worden zich steeds bewuster van het belang van groen en gezond eten.”
2,5 jaar wachten
Bij volkstuinvereniging Zonder Werken Niets (ZWN) in Noord is de wachttijd gemiddeld 2,5 jaar. Toch kan het sneller gaan, bijvoorbeeld als een minder populaire tuin vrijkomt. Ook daar valt het op dat steeds meer jonge gezinnen aankloppen. “Ze kennen ons van de natuurspeeltuin en raken daarna geïnteresseerd in een volkstuin”, vertelt secretaris Petra Delsing. De meeste huurders komen uit de buurt.
Geen wachtlijst, wel interesse
Bij Tuincomplex De Eltahof werkt het anders. Het particuliere complex in Santpoort-Zuid bestaat uit 34 tuinen, die in eigendom zijn en bij overdracht verkocht worden. Daardoor zijn er geen wachtlijsten, maar wel een beperkte doorstroom. “We krijgen regelmatig de vraag of er tuinen te koop zijn, dus er is zeker belangstelling”, zegt secretaris Marijke Korlaar. Toch is de functie van de tuin veranderd, merkt ze. “Veel mensen gebruiken het recreatief en zien het als zomerhuisje. De echte moestuinders worden zeldzaam.”
Klimaatverandering
Naast de aanhoudende populariteit van volkstuinen speelt ook het veranderende klimaat een rol. Bij WZZO waren de afgelopen jaren natte zomers een uitdaging. “De afgelopen zomers viel er veel regen. Dat maakt het verzorgen van een tuin lastiger. Ik heb zelf twee courgettes en drie preitjes geoogst”, vertelt Weijenberg. Dit jaar is de zomer zonniger, wat het tuinieren vergemakkelijkt.
Toch blijft het een uitdaging, zeker voor oudere huurders. “Sommige tuinen zijn wel 300 vierkante meter groot. Dat is veel werk. Maar het blijft bijzonder als we mensen blij kunnen maken met een nieuwe tuin.”